Nieuwsbrief nr. 4-2018
Fijne Pasen Allemaal
- Je bent niet de vriendin of vriend van je puber
- Gewricht problemen? AR-Encap als supplement
- Wat moet jij doen om de chocolade eitjes te verbranden
Event
- Maandag 2 april training om 10:00 met Piet. Overige training lessen vervallen
- Lezing / workshop alles over de overgang
Je bent niet de vriend of vriendin van je puber
Een vriend zegt niet wat je moet doen
Is opvoeden hetzelfde als vriendschap? Ik vind het leuk om dingen met mijn pubers te ondernemen, en daar hoort ook lol maken en gek doen bij – al vinden ze dat laatste maar zozo: ‘Ma-ham, doe even normaal!’. Maar ik zie ons daarbij niet als gelijken. Los van het feit dat ik alles betaal en degene ben met het rijbewijs, moet ik ook zoiets als hun veiligheid waarborgen. Zij kunnen wel met mij op een randje van een hoog gebouw willen hinkelen, maar dat gaan we dus mooi niet doen. En als mijn zoon zegt: ‘Zullen we kijken of onze auto echt die 260 km/u die op de teller staat haalt?’, dan schud ik uiteraard mijn hoofd. Een vriend had dat gaspedaal al ingetrapt. Een vriend, wil ik maar zeggen, vertelt je niet wat je moet doen, en als ouder doe je dat dus wél. Bovendien ben je verantwoordelijk. En dat kan niet als je op de bar staat te dansen of halfdronken een student probeert te versieren. Hoe leuk je het ook samen kunt hebben, als ouder moet je simpelweg de verstandigste zijn. Een opvoedrelatie tussen ouder en kind is dan ook altijd asymmetrisch. Je bent er immers om je kind groot te brengen, en niet andersom. Een vriendschappelijke relatie daarentegen is symmetrisch. Er is dan sprake van gelijkheid en gelijkwaardigheid. Pubers kunnen bijvoorbeeld ruzie met hun ouders maken zonder dat er iets verandert in hun relatie, met een vriend is dat toch lastiger.
Grenzen en regels om je tegen af te zetten
Joop Berding, pedagoog en auteur van onder meer Ik ben ook een mens, stelt dat ouders altijd te maken hebben met kinderen die zich ontwikkelen. ‘Voor de ontwikkeling van een kind is het belangrijk dat er grenzen worden gesteld en dat er regels worden gemaakt. Soms moet een kind zich daartegen afzetten. Hierdoor kunnen ze hun ‘ik’ ontwikkelen, wat weer belangrijk is om zelfstandig te worden en waardoor ze zich als volwassene staande kunnen houden. Bovendien is er tussen een ouder en kind een gezagsrelatie, ouders zijn verantwoordelijk voor hun kinderen en niet andersom. Maar je kunt je uiteraard wel vriendschappelijk ten opzichte van elkaar gedragen, en bijvoorbeeld leuke dingen of verdriet delen.’
Mama uit haar dak bij Armin van Buuren
Vrienden zijn met je puber, het sluipt er misschien wel sneller in dan we denken. Het is ook makkelijker een vriend te zijn omdat je dat hele ingewikkelde opvoeden en die verantwoordelijkheid dan min of meer aan de kant schuift. Als vrienden verhoud je je nu eenmaal anders tot elkaar dan als ouder en kind. Die keer dat ik mijn dertienjarige dochter en haar vriendinnetje meenam naar het Tina Festival vond ik het leuk om met alles mee te doen en vooraan te staan. Maar zij vroegen na een uur of ze alsjeblieft zelf mochten rondlopen. Zonder mij. Ik bedoel maar. Een andere vriendin en haar zus namen hun zestienjarige dochters mee naar een optreden van Armin van Buuren, om een hele avond uit hun dak te gaan. Tenminste, dat wilden de moeders. De dochters stonden de hele avond ietwat beteuterd in een hoekje, die vonden er niks aan, en hun moeders bovendien uitslovers.
Eigen wereld, eigen fouten
Het lijkt misschien leuk, een beetje meeliften in die wereld van pubers. Wij kunnen ons weer jong voelen en tegelijkertijd een oogje in het zeil houden. Maar het is ook de wereld waarin ze hun eigen weg moeten zien te vinden, en hun eigen fouten moeten maken. Daar hebben ze helemaal geen ouders bij nodig. We kunnen wel hun hand willen blijven vasthouden, maar zonder ons worden ze een stuk zelfstandiger. Berding vindt dat we het onze kinderen, en met name pubers, soms te makkelijk maken. Terwijl weerstand juist zo belangrijk is. ‘Weerstand en omgaan met weerstand is belangrijk voor kinderen: het zet ze aan om iets te leren. We willen soms zo graag dat alles bestuurbaar of hanteerbaar is, maar daar bereik je uiteindelijk niks mee. Juist die weerstand maakt dat ze voor zichzelf leren opkomen. Zo worden ze zelfstandig.’
Onbegrensd gedrag kan uit de hand lopen
Nog zo’n valkuil van vrienden willen zijn: je puber willen vermaken. Wat best een opgave is gezien ze verveling tot kunst hebben verheven. Mijn moederhart ziet die twee ondersteboven op de bank hangen. Van pure ellende kunnen ze alleen nog maar zuchten. Ik denk: wat sneu dat ze niet weten wat ze moeten doen. En voor ik het weet schud ik een heel riedeltje leuke dingen uit mijn mouw. Maar ik weet dat het wel zo gezond is als ze zélf bedenken wat ze zouden kunnen doen. Mét hun eigen leeftijdgenoten, in plaats van met hun moeder. Of vrienden met je puber zijn ook echt schadelijk is, is niet zo een-twee-drie te zeggen, aldus Berding. ‘Maar het is niet goed als de verhouding tussen ouders en kinderen onduidelijk is. Een ouder is, zoals gezegd, verantwoordelijk voor zijn kind, die positie moet helder zijn. Ondervindt een kind geen weerstand en worden er geen grenzen gesteld dat kan dat tot onbegrensd gedrag leiden dat uit de hand kan lopen. Eenmaal op eigen benen weten ze niet wat ze moeten doen als ze wél tegen grenzen aanlopen, bijvoorbeeld in hun studie of werk.’
Dat gezag is niet zielig
Ouders willen vaak graag vrienden zijn met hun kind uit schuldgevoel. Ze vinden het niet nodig, soms zelfs zielig om die kinderen te beknotten, gezag op te leggen, iets te verbieden. Maar hoezo eigenlijk? We zijn er zelf ook niet slechter van geworden dat onze ouders heel duidelijk onze ouders waren. En kinderen zijn slim, die hebben echt goed door hoe dat zit met vriendschappen. Dat zag ik bij mijn kinderen al toen ze nog klein waren. Hoe vaak er niet eentje tegen me zei: ‘Mama, als je dit doet’, of ‘als ik dat mag, dan ben je mijn allerallerbeste vriend.’ Herkenbaar? Juist. Onthoud de taak die je als ouder hebt: je puber laten opgroeien tot een succesvol, verantwoordelijk en onafhankelijk mens. En daar horen nu eenmaal grenzen, discipline en regels bij.
AR-Encap?
- Met Bromelain Bromelaïne, Meriva® (curcumine fytosoom) en Boswellia voor ondersteuning van de normale ontstekingsreactie van het lichaam.
- Bromelaïne ondersteunt het herstel na trauma.
- Glucosamine en MSM bieden gezamenlijke gewrichtsondersteuning.
- Voedingsstoffen betrokken bij het onderhouden van gezonde gewrichten.
- Kan ondersteuning bieden bij het verlichten van tijdelijke pijnklachten.
Klik op de foto voor verdere informatie van de product en orders niet vergeten kortingscode: Training15 te gebruiken.
Zijn de eerste paaseitjes al gesneuveld (volg het spoor van rode, blauwe of roze propjes).
Herkenbaar? Dan wil je vast weten wat je moet doen om de calorieën van één paaseitje te verbranden.
Hoewel het pas op zondag 1 april eerste paasdag is, liggen de chocolade-eitjes nu al in de schappen. En tja, probeer dan de verleiding maar eens te weerstaan. Al die vrolijke kleurtjes en nieuwe smaken… Maar wist je dat één paaseitje zo’n 45 kilocalorieën bevat? Net zo veel als in een waterijsje of een appel.
47 paaseitjes per jaar
Twee jaar geleden bleek uit onderzoek van Hema dat we per persoon 47 paaseitjes per jaar eten. Dat komt neer op een totaal van 2100 calorieën. En het is niet eens zo gek dat we er zó veel eten. Doordat paaseitjes zo klein zijn en in allemaal verschillende smaken komen, wil je ze allemaal proeven. En bijna overal waar je komt, staat er wel een gevuld schaaltje op tafel.
Zo verbrand je één paaseitje
Maar wat kun je nou doen om één paaseitje te compenseren? Simpel: maak tijdens de lunchpauze of ’s avonds na het werk een wandeling van tien minuten. Dan heb je al genoeg calorieën verbrand. Ook een optie:
- een fietstocht van zo’n 8 minuten
- 5 minuten hardlopen
- 25 minuten achter een bureau zitten
- of 20 minuten staan
Bereik jouw doelen bij onze sportschool in Maarssen
Bezoekadres
Born to Move
Bisonspoor 1228
3605 KZ Maarssen
info@borntomove.eu
Onze visie is dat ieder mens – binnen zijn eigen mogelijkheden – een atleet kan zijn en dat ieder mens dat ook verdient. Het levert je namelijk heel veel op. Je bent mobieler, sterker, zelfredzamer en gezonder. Door je bewust te worden van je eigen fysieke mogelijkheden ben je ook nog eens positiever en heb je meer zelfvertrouwen.